als klein jongetje had ik al iets met radio…
In de beslotenheid van mijn slaapkamer luisterde ik meer naar de radio dan dat ik mijn eigen muziek draaide. Zenders met alleen maar muziek vond ik toen al saai. Ik wilde stemmen horen en stiekem imiteren. Als puber had ik een vierkanaals mengpaneel waarmee ik radiootje speelde. Soms zette ik mijn boxen in het open raam om de buurtkinderen te vermaken. In plaats van liefdesbrieven maakte ik een cassettebandje met muziek en sprak ik daaroverheen mijn tekst in.
Ik bleek een goede microfoonstem te hebben. Toen ik eens in de supermarkt, waarin ik als zeventienjarige een bijbaantje had, moest omroepen dat er telefoon was voor de chef, kreeg ik later het compliment dat mijn stem zo goed klonk door de microfoon.
Stemmenwerk, radio-ambities, een carrière op het toneel verdwenen naar de achtergrond. Of eigenlijk: waren toen helemaal niet aan de orde. Ik was goed in bètavakken, had een gymnasiumdiploma op zak en ging dus in Nijmegen natuurkunde studeren. Uiteindelijk werd het lerarenopleiding en er volgde een mooie loopbaan in het onderwijs.
Een kleine tussenstap blijkt achteraf echter een belangrijke te zijn. Na mijn afstuderen ben ik in Delft begonnen met een promotieonderzoek. Ik bleek geen onderzoeker in hart en nieren en daarom heb ik dit ook niet afgemaakt, waarna ik de lerarenopleiding ben gaan doen. Het uitstapje naar Delft is, achteraf gezien, wel bepalend geweest voor mijn stemontwikkeling. Ik ben daar begonnen met zingen. Eerst een cursus stemvorming bij Wilma Franchimon en later van haar privézanglessen. Ze nam geen leerlingen aan, maar wilde voor mij een uitzondering maken. Ik bleek talent te hebben.
Terug in Nijmegen ben ik weer zanglessen gaan nemen. Daar ben ik bij verschillende koren gaan zingen en heb ik geleerd mijn stem te gebruiken zonder dat ik mezelf direct kon horen. Meer voelen dan luisteren, dus. Als je jezelf al luisterend corrigeert ben je namelijk altijd te laat.
Gedurende 20 jaar heb ik mijn stem veel gebruikt. Vooral om voor de klas te acteren met af en toe een uitstapje naar het podium. Aandacht trekken met gekke stemmetjes, voorlezen in het Duits of (zogenaamd) Vlaams of het spelen van een dierentuin (kippen, apen, vogels, dolfijnen, …) blijkt telkens weer te werken.
Op een gegeven moment is het niet meer tegen te houden, de behoefte om mijn stem op meer verschillende manieren in te zetten. Naast Meester Peter is er nu dus ook Stemacteur Peter.
Scroll naar bovenzijde